Wanneer rechtvaardigheid onmogelijk is

Als jouw situatie voortdurend verandert, als je leeft in een afgelegen wijk waar haast geen dienstverlening is, als je geen idee hebt van de wereld om je heen, die jou alleen kent omdat je ze last bezorgt, dan blijft het ingewikkeld om actie te ondernemen. Om je rechten uit te oefenen moet je ze kennen, moet je je kunnen verdedigen en een beroep kunnen doen op mensen die het voor je opnemen, moet je goed uit je woorden komen. Om je rechten te doen gelden, moet je jezelf kennen en verantwoordelijk kunnen zijn voor je toekomst en die van je familie. Je moet beseffen dat je recht hebt op een plek in de mensengemeenschap. Wij hebben gezien dat dat alles voor de Vierde Wereld praktisch onmogelijk is. Ze is afhankelijk, kwetsbaar en wordt vernederd. En daarom ziet ze af van ieder recht waarop ze aanspraak zou kunnen maken door zich nog een beetje meer te kleineren.

We kennen bijvoorbeeld een vader, van wie de vrouw gestorven was en die, volledig tegen de stroom in, moest vechten om zelf zijn kind op te voeden. Hij ontving geen kindertoeslag, omdat hij geen werknemersstatus had. Hij verrichtte, meestal voor korte periodes, minderwaardig beschouwde, vaak illegale karweitjes en hij schreef zich niet in als werkloze. Een maatschappelijk werkster ging op bezoek om zijn situatie in orde te maken. Maar hij antwoordde haar: Ik heb niemand nodig, ik kan mezelf redden; ik wil aan niemand dank je hoeven zeggen.

Wijzelf begrepen niet waarom hij de noodzakelijke stappen niet wilde zetten om zijn rechten op te eisen. Maar we hadden kunnen vermoeden hoe vernederend het voor hem was om van een maatschappelijk werkster, van de werkloosheidsdienst afhankelijk te zijn. We hadden zijn laatste wanhoopskreet om waardigheid, om erkenning van het recht een vrij mens te zijn, moeten erkennen en bewonderen. ‘Liever honger dan schaamte’.
Op alle gebieden waar de universeel erkende fundamentele rechten voor mensen van de Vierde Wereld niet volledig verzekerd zijn, leidt dat gebrek tot een situatie waar hun waardigheid niet erkend en hun uitsluiting nog eens versterkt wordt. Het leidt tot een situatie die hen nog dieper in armoede en onwetendheid drijft. Een mens die van zijn rechten verstoken is, belandt in een wereld, waar hij nergens meer grip op heeft, waar hij geen contacten meer heeft, waar hij op niemand kan rekenen. Die situatie leidt tot permanente onzekerheid en angstgevoelens.

Op die angst reageren sommigen met geweld, anderen sluiten zich af en laten het erbij zitten. Dat was het geval bij een familie. Na een lange serie tegenslagen werden, op aandrang van de sociale dienst, alle kinderen uit huis gehaald, behalve de drie laatsten. Voortaan was het hofje gebarricadeerd. De moeder antwoordde van achter het hek, als je haar riep. Ze maakte niet open. Ze sloot haar kinderen op, als ze van huis moest. Zelfs de oudste van 8 jaar, die tijdelijk naar huis mocht, ging niet naar school. De familie trok zich uit de wereld terug en maakte zo de uitsluiting, waaronder ze altijd al gebukt ging, compleet. Zo’n houding leidt onvermijdelijk tot politie-ingrijpen; die komt dan, breekt de deur open en gaat met bedreiging van geweld naar binnen om de overige kinderen op te pakken en ook naar een kindertehuis te brengen.

Anderen reageren, zoals we zeiden, gewelddadig, sommigen onder invloed van drank. En de kloof van onbegrip en afstoting verbreedt zich. De omgeving gaat, op haar beurt, huiveren en reageren door degenen die ze al afgestoten heeft, nog verder in het slop te duwen. Op die manier vormen on-recht en uitsluiting een vicieuze cirkel.

1 Reactie Geef een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *