Van arbeid naar beroep

Het beleid van samenlevingen, die belangen en efficiëntie hoger aanslaan dan de mens, is er altijd op gericht om de armsten voor alle mogelijke klusjes in te zetten, als ze maar nuttig zijn.

Door de eeuwen heen, was de opvatting dat de mens kost wat kost moet werken, een rechtvaardiging voor alle vormen van slavernij, van vervreemding, van uitbuiting van de ene mens door de andere.

Dat idee maakt dat brood afhangt van arbeid. Daarom hebben hun zweet en inspanningen geholpen om een samenleving op te bouwen, waar niet de mens het doel is.

Die opvatting van de werkende mens, met een arbeidsplek, heeft geleidelijk aan de morele en spirituele structuur van onze moderne samenlevingen kapot gemaakt (…).

Bevrijding door arbeid was het ideaal dat liberale samenlevingen hebben uitgedragen. Totalitaire regiems antwoordden, in echo daarop: Alleen arbeid kan je redden. Op die manier telden de erkenning en het respect voor de mens, voor de menselijke waardigheid, nauwelijks mee in de ontwikkelingen van deze tijd.

Werken, ja; nuttig zijn, ja; zijn aandeel leveren in de vooruitgang, nee.

Want daarvoor moet iemand erkenning krijgen; hij moet een arbeider zijn die, dankzij het beroep dat hij geleerd heeft, ook echt als een arbeider wordt beschouwd; als een persoon, die vrij is omdat die beschikt over een beroep en erkende vaardigheden; als een persoon, naar wie geluisterd wordt, niet omdat die werkt, maar vanwege het werk, dat die verricht, iets waard is.

Die arbeider moet dan niet inwisselbaar zijn, niet iemand zijn die gaten opvult of die willekeurig, naar gelang de economische conjunctuur, al dan niet ingezet wordt.

Het moet iemand zijn, voor wie, dankzij zijn beroep, zijn eigen kinderen waardering hebben; die in zijn eigen milieu geaccepteerd wordt; iemand die, op gelijke voet met andere arbeiders, kan meevechten in vakbonden en die door hen verdedigd wordt.

Arbeid maakt niet vrij; het is de waardigheid die arbeid verleent, die vrij maakt. De wereld van de armsten wordt uitgesloten, omdat deze mensen geen beroep, geen beroep van de arbeidersklasse hebben. Dat gegeven moet ons aansporen om eraan te werken dat iedere mens een beroep heeft, dat iedere jongere een opleiding met toekomstperspectief krijgt.

Het is de enige manier om de toestand van schrijnende armoede uit de wereld te helpen.

1 Reactie Geef een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *